Certainly! Hieronder vind je een gedetailleerd waterpolo-oefenprogramma gericht op de man-up situatie voor beginners, met een duur van 30 minuten. De oefening bevordert technische vaardigheden, tactisch inzicht en biedt een progressieve moeilijkheidsgraad. Er wordt rekening gehouden met verschillende groepsgroottes en ervaringsniveaus. **Oefening: Man-up Situatie voor Beginners** **Doelstellingen:** - Technisch: basis passes, positionering, schieten - Tactisch: goede spreiding, timing van de aanval - Begrip van de man-up situatie en juiste communicatie --- ### Voorbereiding - Materiaal: waterpolo ballen, 2 doelen (buiten het veld of op de zijlijnen) - Groepsgrootte: 8-15 spelers - Tijd: 30 minuten - Opstelling: 1-2 instructeurs of begeleiders --- ### Fase 1: Opwarming en basisvaardigheden (5 minuten) **Doel:** Spelers laten wennen aan het water en basispassen oefenen. **Uitvoering:** - In een klein groepje (3-4 spelers), korte passing en vangen in het water. - Focus op juiste grip, een rustige en gecontroleerde pas en een goede positie. - 2 minuten per groepje, meerdere rondes indien tijd. --- ### Fase 2: Uitleg en demonstratie man-up situatie (3 minuten) - Leg kort uit wat een man-up situatie inhoudt: wanneer een speler van het verdedigend team een overtreding begaat en er een numerieke meerderheid ontstaat. - Demonstreer de basisopstelling: één aanvaller die vrij is, andere aanvallers en verdedigers. - Benadruk het belang van goede positionering, communicatie en timing. --- ### Fase 3: Technische oefening - man-up passing en positionering (10 minuten) **Opzet:** - Verdeel de spelers in twee groepen: aanval en verdediging. - Voor elke groep: 4-6 spelers. **Uitvoering:** 1. **Basisopstelling:** - Aanvallers vormen een lineaire of driehoekige formatie rondom de man die de bal heeft. - Verdedigers proberen de passing te blokkeren en de aanvallers te hinderen. 2. **Oefening:** - De aanvaller met de bal oefent korte, gecontroleerde passes naar medespelers, terwijl zij zich correct positioneren en bewegen. - De verdedigers proberen de passing te onderscheppen of te blokkeren. - Na 2 minuten wisselen de teams van rol. **Progressie:** - Begin met eenvoudige passes, daarna korte combinaties, en uiteindelijk snelle passing en schot op doel. --- ### Fase 4: Tactisch spel - 2-tegen-2 of 3-tegen-3 man-up scenario (8 minuten) **Doel:** Spelers leren de juiste timing, spacing en schottechniek onder druk. **Uitvoering:** - Zet kleine spelletjes op in een beperkt deel van het veld. - Spelers oefenen: - Het zoeken van vrije ruimte - Timing van passing en schot - Communicatie en roepcode - Spelers worden aangemoedigd om de bal snel te verplaatsen en te schieten wanneer de gelegenheid zich voordoet. **Aanpassingen:** - Voor kleinere groepen: 2-tegen-2 - Voor grotere groepen: 3-tegen-3, met meerdere kleine velden --- ### Fase 5: Simulatie van volledige man-up situatie (4 minuten) **Uitvoering:** - Simuleer een echte man-up situatie: een overtreding wordt begaan, en de aanvallers krijgen de bal. - Spelers oefenen in realistische omstandigheden: - Positionering rondom het doel - Snelle passing en schot - Tijd nemen en geduld bewaren **Tactische tips:** - Een speler neemt de leiding (bijvoorbeeld de sterkste schutter). - Andere spelers bewegen zich zonder bal voor het creëren van ruimte. --- ### Afsluiting en evaluatie (2 minuten) - Kort bespreken wat goed ging en waar verbetering mogelijk is. - Aanmoedigen van communicatie en positionering. - Hydratatie en stretching. --- ### Aanpassingen voor verschillende groepsgroottes en ervaringsniveaus: - **Kleine groepen (<8 spelers):** Focus meer op individuele vaardigheden en korte technische oefeningen. - **Grote groepen (>12 spelers):** Werk met meerdere kleine veldjes en meerdere instructeurs, oefen in parallel. - **Beginners:** Vermijd complexe combinaties, focus op basispassen en eenvoudige positionering. - **Meer ervaren spelers:** Voeg snelheid toe, complexere passes en schottechnieken. --- ### Samenvatting Deze oefening combineert technische vaardigheden, tactisch inzicht en realistische scenario's binnen 30 minuten, geschikt voor beginners. Door progressieve moeilijkheidsgraad en differentiatie wordt iedere speler uitgedaagd en betrokken. Heeft u nog verdere wensen of aanpassingen?

Zeker, hier is een gedetailleerd lesplan voor een 30-minuten durende waterpolo-oefening, gericht op de man-up situatie (meerderheidsspel) voor beginners. ### **Lesoverzicht: De Man-Up Meesters** * **Focus:** Aanvallen en verdedigen in een man-up situatie (6 tegen 5). * **Doelstellingen:** 1. **Technisch:** Passen en vangen onder druk, afwerken op doel vanuit een vaste positie. 2. **Tactisch:** Begrijpen van basisposities in man-up, het creëren van een overtalsituatie en het maken van de juiste passkeuzes. 3. **Fysiek:** Verbeteren van watertrappelende uithouding en explosieve actie. * **Materialen:** Waterpoloballen, twee doelen (of gemarkeerde doelpunten). * **Groepsgrootte:** Aanpassingen worden per oefening beschreven. --- ### **Tijdsindeling en Oefeningen** #### **Deel 1: Warming-up en Positiespel (10 minuten)** **Oefening 1: Positie- en Passcircuit (10 minuten)** * **Doel:** Leren van de basisposities in een man-up aanval en opwarmen van de passing-lijnen. * **Beschrijving:** 1. Verdeel de groep in tweeën. Eén groep is aanvaller (A), de andere verdediger (V). Als je oneven aantallen hebt, laat dan een extra speler meedoen met de aanvallers. 2. Positioneer 5 aanvallers in een halve cirkel rond het doel, op ongeveer 5 meter afstand. Dit zijn de posities: links (1), links-midden (2), punt (midden voor het doel) (3), rechts-midden (4), rechts (5). 3. Positioneer 4 verdedigers in een lijn tussen de aanvallers en het doel, elk voor een aanvaller, behalve voor de "punt"-speler (positie 3). Dit simuleert de 5-tegen-4 situatie. 4. De aanvallers passen de bal rond. De regel is: je mag niet passen naar je directe buurman (bijv. van positie 1 naar 2 of 4). Dit forceert lange, diagonale passes. 5. De verdedigers mogen meezwemmen in hun zone maar mogen niet onderscheppen; hun doel is om de passinglijnen te blokkeren en druk uit te oefenen. 6. Na 2 minuten wisselen van rol, of na een bepaald aantal passes schieten de aanvallers op doel. * **Aanpassingen:** * **Kleiner groepje (minder dan 10):** Speel 4 tegen 3 of 3 tegen 2. De posities blijven in een halve cirkel. * **Groter groepje:** Maak twee of drie velden naast elkaar. * **Makkelijkere versie:** Verdedigers mogen alleen watertrappelen, niet meezwemmen. * **Moeilijkere versie:** Verdedigers mogen proberen te onderscheppen. Aanvallers hebben maximaal 3 seconden balbezit. --- #### **Deel 2: Kern - De Man-Up Situatie (15 minuten)** **Oefening 2: Statische Man-Up Aanval (8 minuten)** * **Doel:** Het automatiseren van de balcirculatie en het vinden van de vrije man voor een doelpoging. * **Beschrijving:** 1. Opstelling is hetzelfde als bij Oefening 1: 5 aanvallers, 4 verdedigers + 1 keeper. 2. Nu is het een echte oefening. De aanvallers proberen te scoren. Ze moeten de bal snel rondspelen om de verdediging uit evenwicht te brengen. 3. De sleutel voor de aanvallers is om de "vrije man" (meestal de punt-speler, positie 3) aan te spelen voor een schot. De verdedigers proberen dit te voorkomen. 4. De oefening stopt bij een doelpunt, een onderschepping, of na 30 seconden (om snelheid te stimuleren). 5. Wissel na 4 minuten de aanvallers en verdedigers. * **Aanpassingen:** * **Kleiner groepje:** Speel 4 tegen 3 of 3 tegen 2. Het principe blijft hetzelfde: creëer een overtal en vind de vrije speler. * **Makkelijkere versie:** Geef de aanvallers een "vrije pass" – de eerste pass mag niet worden onderschept. * **Moeilijkere versie:** Limiteer het aantal passes voor een schot (maximaal 6 passes). Of laat de verdedigers na 15 seconden volledig mogen verdedigen (alsof de straftijd voorbij is). **Oefening 3: Dynamische Man-Up Transitie (7 minuten)** * **Doel:** Het oefenen van de overgang van een gelijk spel (6 tegen 6) naar een man-up situatie. * **Beschrijving:** 1. Speel een klein partijspel, bijvoorbeeld 6 tegen 6 (inclusief keepers). 2. De coach fluit af en toe en wijst een verdediger aan die zich direct moet terugtrekken naar de hoek van het veld (hij is "uitgesloten" voor 20 seconden). 3. Op dat moment moet het aanvallende team snel omschakelen naar de man-up formatie (de halve cirkel). Het verdedigende team schakelt over naar de 4 verdedigers in een lijn. 4. De aanvallers hebben nu 20 seconden om te scoren. 5. Na de 20 seconden komt de uitgesloten speler terug in het spel en gaat het normale partijspel verder. * **Aanpassingen:** * **Kleiner groepje:** Speel 4 tegen 4, en na een uitsluiting wordt het 4 tegen 3. * **Moeilijkere versie:** Laat de verdediger die de overtreding maakt zichzelf uitsluiten, wat realistischer is voor een wedstrijd. --- #### **Deel 3: Cooling-down en Partijspel (5 minuten)** **Oefening 4: Gericht Partijspel met Beloning (5 minuten)** * **Doel:** Het toepassen van de geleerde vaardigheden in een wedstrijdachtige situatie. * **Beschrijving:** 1. Speel een kort partijspel (bijv. 5 tegen 5 of 6 tegen 6). 2. **Speciale regel:** Een doelpunt dat gemaakt wordt vanuit een man-up situatie telt voor **dubbele punten**. 3. Dit moedigt spelers aan om actief te zoeken naar het forceren van een man-up situatie (door te dreigen met scoren) en om de eerder geoefende patronen toe te passen. 4. De coach kan het spel onderbreken om korte, positieve feedback te geven ("Goede balcirculatie!" of "Denk aan de punt-speler!"). * **Aanpassingen:** * **Iedere groepsgrootte:** Pas de veldgrootte en het aantal spelers aan. Het principe van de dubbele punten blijft hetzelfde. ### **Coachingspunten door de hele training:** * **Voor Aanvallers:** * "Houd de bal **bewegend**! Stilstaande bal = dode aanval." * "Kijk naar de keeper voor je schiet. Welk hoekje is open?" * "Wees luid! Communiceer wie vrij staat." * "Schiet **hard en gericht**, niet zacht en hoopvol." * **Voor Verdedigers (in man-down):** * "Blokkeer de passinglijnen met je armen." * "Werk samen! Schuif op als een eenheid." * "Druk op de balbezitter, maar laat je positie niet in de steek." Deze progressieve opbouw zorgt ervoor dat beginners eerst de basisbegrippen en posities leren, deze vervolgens statisch en daarna onder dynamischere omstandigheden inoefenen, om het geleerde ten slotte in een leuke, competitieve context toe te passen.