Progressief Oefenprogramma voor Brug Ongelijk voor Jeugd Turners (6-12 jaar) Inleiding Dit programma is ontworpen om jonge turners systematisch te begeleiden in het ontwikkelen van technische vaardigheden op de brug ongelijk, met een focus op veiligheid, plezier en zelfvertrouwen. Het programma bestaat uit drie ontwikkelingsfasen: basis, consolidatie en verfijning. Elke fase bouwt voort op de vorige, zodat technische vaardigheden op een natuurlijke en veilige manier worden opgebouwd. Fase 1: Basisvaardigheden (6-8 jaar) Doel: - Vertrouwd raken met de brug ongelijk - Basis kracht en controle ontwikkelen - Technische basis uitvoeren Oefeningen en aanwijzingen: 1. **Geleidelijke kennismaking** - Zittend op de rand, handpalmen op de brug, voeten op de grond - Focus op grip en balans 2. **Hangsels en statische controle** - Hang met gestrekte armen, houd vast en voel de spanning - Bevorder gripsterkte en controle 3. **Kniebuigingen en lichte sprongen** - Kniebuigingen vanaf de brug, landen met gecontroleerde demping - Bevordert kracht en coördinatie 4. **Klap en overslag over de brug (met hulp)** - Met behulp van trainer of mat, over de brug klappen of overslag maken - Focus op veilig landen en juiste afzet Technische tips: - Houd de schouders laag en actief - Armen gestrekt bij hangpositie - Land met gebogen knieën Veelgemaakte fouten en correcties: - Fouten: doorhangende schouders, niet volledig gestrekte armen - Correcties: benadruk actieve schouderpositie; oefen met kleine stappen Veiligheidsmaatregelen: - Gebruik van matten en spotters - Geen vervelende sprongen zonder begeleiding Motivatie: - Gebruik spelletjes en beloningen - Kleine successen vieren Voortgangsmeting: - Observatie van controle en kracht - Oefening met minimale begeleiding Fase 2: Consolidatie (8-10 jaar) Doel: - Techniek verfijnen - Kracht en coördinatie vergroten - Zelfstandig uitvoeren van basisvaardigheden Oefeningen en aanwijzingen: 1. **Overgang van hang naar overslag** - Oefen de swing, gevolgd door overslag met gecontroleerde landing 2. **Lichte statische houdingen en pirouettes** - Balans oefenen op de brug, met focus op controle 3. **Dynamische sprongen en overslagen** - Van hang naar overslag, afwisselend met sprongen 4. **Aanleren van de correcte afzet- en landingspositie** - Oefeningen met aandacht voor arm- en beengang Technische tips: - Gebruik van visuele cues (bijvoorbeeld een lijn op de vloer) - Opbouwen van kracht in de schouders en armen Veelgemaakte fouten en correcties: - Fout: niet volledig gestrekte armen - Correctie: versterk krachttraining en herhaal technische cues Veiligheidsmaatregelen: - Voldoende matten - Spotten bij complexere sprongen Motivatie: - Kleine competitie-elementen - Doelen stellen met beloningen Voortgangsmeting: - Video-analyses - Zelfreflectie en feedback Fase 3: Verfijning en technische beheersing (10-12 jaar) Doel: - Gecontroleerde, vloeiende overslagen - Verbeterde kracht en techniek - Zelfstandig uitvoeren van volledige overslag Oefeningen en aanwijzingen: 1. **Volledige overslag zonder hulp** - Focus op ritme, afzet en landing 2. **Complexere combinaties** - Overslag gevolgd door salto of draai 3. **Voldoening aan wedstrijdstandaarden** - Techniek oefenen zoals in wedstrijdsituaties 4. **Conditionering en krachttraining specifiek voor brug** - Core en schouderkracht Technische tips: - Ritme en timing nauwkeurig afstemmen - Krachtiger afzetten met volle snelheid Veelgemaakte fouten en correcties: - Fout: onregelmatige timing - Correctie: herhaal met video feedback en visuele cues Veiligheidsmaatregelen: - Toepassen van progressieve complexiteit - Gebruik van valmatten bij nieuwe elementen Motivatie: - Competities en demonstraties - Peer feedback en teamwork Voortgangsmeting: - Prestatie in simulatie- of wedstrijdomstandigheden - Technische beoordeling door trainer Hoe het programma systematisch opbouwt, zelfvertrouwen vergroot en plezier bevordert: - Systematische opbouw zorgt voor een stevige technische basis, waardoor jonge turners vertrouwen krijgen in hun vaardigheden. - Door succeservaringen en positieve feedback ontwikkelen ze zelfvertrouwen en motivatie. - Variatie en plezierige oefeningen voorkomen frustratie en stimuleren een blijvende interesse in turnen. Aanpassingen op basis van individuele behoeften: - Bepaal het niveau en tempo van de leerling - Pas oefeningen aan bij fysieke beperkingen (bijvoorbeeld lichte beperkingen in kracht of flexibiliteit) - Bied extra ondersteuning of uitdaging waar nodig - Gebruik creatieve en speelse methoden om betrokkenheid te vergroten Kortom, dit progressieve oefenprogramma biedt jonge turners een veilige, motiverende en effectieve weg naar technische beheersing van brug ongelijk, waarbij plezier en zelfvertrouwen centraal staan.

Zeker, hier is een gedetailleerd progressief oefenprogramma voor de brug ongelijk, speciaal ontworpen voor jeugdturners van 6-12 jaar. Het programma is opgedeeld in ontwikkelingsfasen, met aandacht voor techniek, veiligheid, motivatie en plezier. ### **Algemene Uitgangspunten** - **Veiligheid voorop**: Gebruik van zachte landingsmatten, spotting (begeleiding) bij nieuwe elementen, en regelmatige controle van toestellen. - **Positieve Benadering**: Focus op vooruitgang, niet op fouten. Gebruik aanmoedigende taal. - **Plezier Centraal**: Integreer spelvormen en uitdagingen om de training leuk te houden. - **Individuele Aanpassingen**: Houd rekening met lengte, kracht, flexibiliteit en angstniveaus. --- ### **Fase 1: Basisvaardigheden (6-8 jaar)** **Doel**: Leren van fundamentele bewegingen, ontwikkelen van lichaamsbewustzijn en basiskracht. #### **Oefeningen en Technische Aanwijzingen** 1. **Grondoefeningen voor balans**: - **Oefening**: Lopen op een rechte lijn, balansoefeningen op een lage balk. - **Techniek**: Hoofd recht, schouders naar achteren, armen zijwaarts voor balans. 2. **Eenvoudige steunvormen op lage brug**: - **Oefening**: Voorste steun (front support) op de lage brug. - **Techniek**: Handen naast heupen, duimen naar binnen, schouders stabiel, benen gestrekt. 3. **Zwaaien in voorste steun**: - **Oefening**: Kleine zwaaien in voorste steun. - **Techniek**: Buikspieren aanspannen, schouders niet laten inzakken. #### **Veelgemaakte Fouten en Correcties** - **Fout**: Gebogen armen in voorste steun. - **Correctie**: Spotter ondersteunt bij schouders, zeggen: "Armen stijf als stokjes!" - **Fout**: Hoofd naar beneden. - **Correctie**: "Kijk naar het einde van de brug!" #### **Veiligheidsmaatregelen** - Gebruik opstapjes voor toegang tot de brug. - Spotter staat naast de turner voor ondersteuning. #### **Motivatietechnieken** - **Beloningssysteem**: Stickers voor elke geleerde vaardigheid. - **Spelvormen**: "Wie kan het langst in voorste steun blijven?" #### **Voortgangsmeting** - **Checklist**: Kan de turner 10 seconden voorste steun houden? Kan hij/zij 5 kleine zwaaien maken? --- ### **Fase 2: Elementaire Zwaaitechnieken (8-10 jaar)** **Doel**: Aanleren van dynamische zwaaibewegingen en eenvoudige elementen. #### **Oefeningen en Technische Aanwijzingen** 1. **Rugwaartse zwaai (back hip circle)**: - **Oefening**: Rugwaartse zwaai met spotter. - **Techniek**: Heupen tegen de brug, kin op de borst, actief doorzwaaien. 2. **Voorwaartse zwaai (cast)**: - **Oefening**: Voorwaartse zwaai naar horizontaal. - **Techniek**: Schouders naar voren duwen, benen gestrekt, holle rug. 3. **Eenvoudige afsprong**: - **Oefening**: Zwaaiafsprong met 1/2 draai. - **Techniek**: Armen actief gebruiken voor draai, voeten samen. #### **Veelgemaakte Fouten en Correcties** - **Fout**: Te vroeg hoofd optillen bij rugwaartse zwaai. - **Correctie**: Spotter houdt turner vast, zeggen: "Kijk naar je buik!" - **Fout**: Gebogen benen bij voorwaartse zwaai. - **Correctie**: Oefenen met beenextensies op de grond. #### **Veiligheidsmaatregelen** - Gebruik van opbouwmatten rond de brug. - Spotter ondersteunt bij heup en schouders bij nieuwe elementen. #### **Motivatietechnieken** - **Uitdagingskaart**: Turners werken naar een "badge" voor elk nieuw element. - **Demonstraties**: Laat gevorderde turners elementen voordoen. #### **Voortgangsmeting** - **Scoreblad**: Beoordeling op techniek (1-5 punten) voor elk element. - **Video-analyse**: Opnemen en vergelijken met eerdere pogingen. --- ### **Fase 3: Gevorderde Elementen (10-12 jaar)** **Doel**: Automatiseren van complexe elementen en verbeteren van vloeiendheid. #### **Oefeningen en Technische Aanwijzingen** 1. **Vrije Eindelementen**: - **Oefening**: Overslag (kip-up) naar voorste steun. - **Techniek**: Snelle beenactie, handen stevig plaatsen, schouders naar voren. 2. **Draaien**: - **Oefening**: Rugwaartse zwaai met 1/2 draai (back hip circle with 1/2 turn). - **Techniek**: Draai initiëren met hoofd en schouders, handen snel verplaatsen. 3. **Complexe Afsprongen**: - **Oefening**: Afsprong met salto achterwaarts. - **Techniek**: Hoogte halen uit zwaai, knieën optrekken, armen sluiten. #### **Veelgemaakte Fouten en Correcties** - **Fout**: Te weinig zwaai bij overslag. - **Correctie**: Oefenen met verhoogde brug voor meer zwaai. - **Fout**: Onvoldoende hoogte bij salto. - **Correctie**: Trampoline-oefeningen voor hoogtegevoel. #### **Veiligheidsmaatregelen** - Gebruik van spottinggordel bij salto's. - Altijd twee spotters bij complexe elementen. #### **Motivatietechnieken** - **Doelstellingen**: Stel persoonlijke doelen (bijv. "brug 1-2 verbinden"). - **Groepsuitdagingen**: Teamwedstrijdjes voor de mooiste combinatie. #### **Voortgangsmeting** - **Routinebeoordeling**: Beoordeling van een korte routine op techniek en vloeiendheid. - **Zelfevaluatie**: Turners houden een turn-dagboek bij. --- ### **Systematische Opbouw van Technische Vaardigheden** Het programma bouwt vaardigheden stapsgewijs op: 1. **Eerst statisch, dan dynamisch**: Beginnen met steunposities, dan zwaaien. 2. **Eenvoudig naar complex**: Eerst rechte lijnen, dan draaien en salto's. 3. **Deelvaardigheden naar geheel**: Oefenen van onderdelen voordat ze gecombineerd worden. ### **Zelfvertrouwen en Plezier** - **Zelfvertrouwen**: Door successen te vieren (bijv. een "skill tree" waar turners vaardigheden "ontgrendelen"). - **Plezier**: Afwisseling tussen serieuze oefening en spel (bijv. "brug-estafette"). --- ### **Aanpassingen voor Individuele Behoeften en Beperkingen** - **Angst**: Bied stap-voor-stap benadering, gebruik spotting en aanmoedigende taal. - **Fysieke Beperkingen**: - **Weinig Kracht**: Extra krachttraining (bijv. push-ups op knieën). - **Stijve Schouders**: Rekoefeningen voor schouderflexibiliteit. - **Leerstijlen**: - **Visueel**: Demo's en video's. - **Verbaal**: Gedetailleerde uitleg. - **Kinesthetisch**: Fysieke begeleiding door spotter. --- ### **Conclusie** Dit programma biedt een gestructureerde, veilige en leuke manier voor jeugdturners om de brug ongelijk onder de knie te krijgen. Door te focussen op techniek, progressie en plezier, groeien turners niet alleen in vaardigheid, maar ook in zelfvertrouwen en liefde voor de sport. Succes met de training!