Ontwerp voor een innovatieve toestelcombinatie voor een turngroep van 8 beginners **Creatieve opstellingen en combinaties** 1. **Lus- en circuitopstelling** - Plaats de balk en brug langs één zijde van de ruimte, met voldoende tussenruimte. - Plaats de springplank en matten in een L-vorm rondom de toestellen, zodat doorstroom en variatie mogelijk is. - Gebruik de matten als zachte landing of oefenplek tussen toestellen. 2. **Dynamische doorstroomroute** - Start op de springplank voor sprongoefeningen. - Vervolgens naar de balk voor balans- en loopoefeningen. - Daarna naar de brug voor overgangen en sprongen. - Eindigen op de matten voor val- en landings oefeningen. **Doorstroommogelijkheden tussen toestellen** - Van de springplank direct naar de balk voor balans- en loopoefeningen. - Van de balk naar de brug voor overgangen en sprongen. - Van de brug naar de matten voor val- en landingsoefeningen. - Mogelijkheid om terug te keren naar startpunten voor herhaling of variatie. **Progressieve oefeningen: basis tot gevorderd** - **Beginners**: - Balk: lopen met steun, eenvoudige balans. - Brug: basis overgangen, kruislopen. - Springplank: eenvoudige sprongen, afzetten en landen. - Mat: val- en landingsrollen. - **Gevorderden**: - Balk: éénbenige balans, kleine sprongen. - Brug: sprongen over de brug, overgangen met snelheid. - Springplank: sprongen met draai, sprongen op één voet. - Mat: sprongen met meer complexiteit, valtechnieken. **Veiligheidsmaatregelen** - Gebruik zachte matten onder en rondom alle toestellen. - Zorg dat alle toestellen stabiel en correct opgesteld zijn. - Houd voldoende ruimte tussen de toestellen voor vrije beweging en valopvang. - Instrueer de groep over juiste landings- en valtechnieken. - Begeleid elke oefening actief en corrigeer waar nodig. **Aanpassingen voor verschillende trainingsdoelen** - **Basisvaardigheden**: focus op stabiliteit en controle, minder snelheid. - **Gevorderden**: voeg complexere sprongen en overgangen toe, verhoog de snelheid. - **Flexibiliteit en kracht**: voeg stretch- en krachtoefeningen toe tussen de toestellen. - **Leiderschap en samenwerking**: werk in duo’s of kleine groepen voor samenwerkingsopdrachten. **Ruimte-efficiënt gebruik** - Plaats de toestellen in een U- of L-vorm zodat meerdere personen kunnen oefenen zonder te wachten. - Gebruik mobiele matten en toestellen die gemakkelijk kunnen worden verplaatst. - Combineer stations zodat meerdere oefeningen gelijktijdig kunnen plaatsvinden. **Variaties op basis van tijd en groepsdynamiek** - Kortere sessies: focus op één toestel of één type oefening per keer. - Groep met meer ervaring: voeg sprongen en sprongvariaties toe. - Groep met minder tijd: combineer snel op- en afbouw van oefeningen in een circuit. - Voor sociale dynamiek: werk in koppels of kleine groepjes voor meer interactie. Door deze opstelling en aanpak wordt de turntraining voor beginners niet alleen veilig en effectief, maar ook aantrekkelijk en afwisselend, met ruimte voor groei en variatie.

Zeker! Hieronder vind je een innovatief ontwerp voor je turngroep van 8 beginners, met creatieve combinaties van de balk, brug, matten en springplank. ### **Creatieve Toestelcombinatie: "De Doorstroomcircuit"** De toestellen worden in een doorlopende, vloeiende opstelling geplaatst die uitnodigt tot een natuurlijke flow tussen de onderdelen, ideaal voor het aanleren van basisbewegingen en het verbeteren van de algehele lichaamsspanning. **Opstelling:** 1. **Startpunt:** Een lange mat (bijv. een tumblingbaan) met aan het einde een **springplank**. 2. **Doorstroming:** Na de springplank volgt direct een **lage balk** (ca. 20-30 cm hoog, of eventueel een lijn op de grond voor aller-allereerste oefeningen) in een flauwe boog. 3. **Kern:** Einde van de balk sluit aan op een **mattenopstapeling** (minimaal 20 cm dik) die als landing en overgang dient naar de **brug**. 4. **Brug:** De brug staat parallel aan de balk, maar dan op normale hoogte voor beginners (leuningen op lage stand, eventueel met opstapmogelijkheid via een verhoogde mat). 5. **Eindpunt/Afwerking:** Aan het einde van de brug staat weer een dikke mat voor de afsprong. **Ruimte-efficiëntie:** De opstelling is compact en in een U-vorm of halve cirkel geplaatst, zodat de coach centraal staat en alle toestellen kan overzien. De matten worden gedeeld en fungeren zowel als landingszones als vrije oefengebieden. --- ### **Doorstroommogelijkheden tussen Toestellen** De volgorde is zo ontworpen dat turners na elk onderdeel soepel door kunnen naar het volgende: - **Mat → Springplank → Balk:** Leer de afzet van de springplank en land gecontroleerd op de balk. - **Balk → Mattenopstapeling → Brug:** Van de balk afstappen of springen naar de dikke mat, dan via de opstapmat naar de brug. - **Brug → Mat:** Afsprong oefenen op de mat, waarna de turner terugkeert naar het begin. --- ### **Progressieve Oefeningen (van Basis naar Gevorderd)** **1. Mat & Springplank:** - *Basis:* Basisrollen (voorwaarts, achterwaarts) op de mat, gevolgd door rechte sprongen op de springplank. - *Gevorderd:* Radslag of handstandoverslag aanloop op de mat, sprong met streksprong (jump) op de plank. **2. Balk:** - *Basis:* Lopen in verschillende tempo's, kleine sprongetjes (bijv. hurksprong). - *Gevorderd:* Draaien (pirouettes), sprongcombinaties (bijv. spreidsprong), eenvoudige balansoefeningen. **3. Brug:** - *Basis:* Onderleggerzwaaien (tussen de leuningen), steunzit, eenvoudige schommelen. - *Gevorderd:* Bovenleggerzwaaien, eenvoudige afsprongen (bijv. met ¼ draai). **Combinatie-oefening:** Een eenvoudige routine: aanloop op mat → sprong op plank → landen op balk → loop naar einde balk → afsprong naar mat → opstap brug → onderleggerzwaaien → afsprong. --- ### **Veiligheidsmaatregelen** - **Valruimte:** Zorg voor voldoende matten rond alle toestellen, vooral bij landingszones. - **Spotterhulp:** Leer turners hoe ze elkaar kunnen spotten bij de brug en balk (bijv. ondersteunen bij zwaaien). - **Progressie:** Begin altijd op laag niveau (bijv. balk op de grond, brug op lage stand) en verhoog alleen als de techniek correct is. - **Afstand:** Houd voldoende ruimte tussen toestellen om botsingen te voorkomen. --- ### **Aanpassingen voor Verschillende Trainingsdoelen** - **Krachtopbouw:** Focus op herhalingen bij de brug (bijv. meerdere zwaaien) en balanshoudingen op de balk. - **Lenigheid:** Integreer spagaatoefeningen en strekoefeningen op de mat tussen de toestellen door. - **Techniekverbetering:** Gebruik de opstelling voor specifieke onderdelen, zoals aanloop en afzet op de springplank voor sprongkracht. --- ### **Suggesties voor Variaties** **Op Basis van Tijd:** - *Korte training (30 min):* Richt je op 2 toestellen, bijvoorbeeld mat & springplank voor sprongkracht. - *Lange training (90 min):* Gebruik de volledige circuitopstelling en voeg vrij oefenen op de mat toe. **Op Basis van Groepsdynamiek:** - *Samenwerking:* Laat turners in tweetallen oefenen, waarbij de een spot en de ander turnt. - *Uitdaging:* Organiseer een estafette waarbij elke turner een onderdeel van de circuit aflegt. - *Rustige sfeer:* Gebruik de opstelling voor individuele oefeningen, met focus op persoonlijke feedback. Met deze opstelling benut je de ruimte optimaal, bevorder je de doorstroom en kun je gemakkelijk variëren naar gelang de behoeften van je groep. Veel succes en plezier met trainen!