Natuurlijk! Hier is een overzicht van hoe je een modulaire Flutter-app met plugin-gebaseerde architectuur kunt ontwerpen, inclusief projectstructuur, afhankelijkheden en integratie: 1. **Projectstructuur** Organiseer je project in een hoofdapplicatie en meerdere modules (plugins): ``` /my_flutter_app │ ├── /lib │ ├── main.dart │ ├── core/ // Kernmodule voor gedeelde functionaliteit │ ├── auth_plugin/ // Authenticatie module │ ├── friends_plugin/ // Vriendenlijst module │ ├── messages_plugin/ // Berichten module │ ├── notifications_plugin/ // Notificaties module │ └── ui/ // Eventueel gedeeld UI-componenten │ ├── /plugins // Optioneel: aparte directory voor plugin packages │ ├── pubspec.yaml └── README.md ``` 2. **Gebruik van Flutter Packages als Plugins** - Maak elk plugin (auth, vrienden, berichten, notificaties) als een Flutter package. - Elk plugin wordt een aparte package met eigen `pubspec.yaml`. - De hoofdapplicatie importeert deze plugins als dependencies. 3. **Afhankelijkheden beheren** - Gebruik lokale package dependencies voor ontwikkeling: ```yaml dependencies: auth_plugin: path: ./lib/auth_plugin friends_plugin: path: ./lib/friends_plugin messages_plugin: path: ./lib/messages_plugin notifications_plugin: path: ./lib/notifications_plugin ``` - Voor publicatie of gebruik buiten je project, publiceer plugins op een privé of publieke pub.dev registry. 4. **Communicatie tussen modules** - Maak gebruik van events, streams of een gedeeld state management systeem (zoals Provider, Riverpod of Bloc). - Voor gedeelde data en communicatie: - **EventBus**: voor losse communicatie tussen plugins. - **Shared State**: centraliseer gedeelde data in een core module. - **Interfaces**: definieer abstracte interfaces in de core die plugins implementeren, zodat je los kunt koppelen. 5. **Integratie en loskoppeling** - Zorg dat de plugins via afhankelijkheden en interfaces communiceren zonder onderlinge afhankelijkheden. - Laad plugins dynamisch of statisch, afhankelijk van je behoefte. - Gebruik bijvoorbeeld dependency injection (bijv. get_it) om afhankelijkheden te beheren en de integratie te stroomlijnen. 6. **Ontwikkeling en testen** - Ontwikkel en test elk plugin onafhankelijk door het te runnen als een standalone Flutter app of package. - Gebruik mock data en interfaces voor integratietests. - Automatiseer tests voor elke module afzonderlijk en voor de volledige app. 7. **Samenvatting** - **Modulariseer** je code door plugins als aparte packages te maken. - **Beheer dependencies** via lokale paden of pub.dev. - **Gebruik interface-gebaseerde communicatie** en eventstreams voor soepele integratie. - **Houd de architectuur losgekoppeld** door te werken met abstracties en dependency injection. - **Test onafhankelijk** en integreer regelmatig. Door deze aanpak krijg je een flexibele, onderhoudbare en uitbreidbare Flutter-app die eenvoudig te testen en te ontwikkelen is in modules.

Absoluut! Hier is een uitgebreide handleiding voor het ontwerpen van een modulaire Flutter-app met een plugin-gebaseerde architectuur, volledig in het Nederlands. --- ### 1. Kernconcept: De Plugin-gebaseerde Architectuur Het centrale idee is dat je een **"Core"** of **"Host"** app hebt die fungeert als een lege container. Alle functionaliteit (authenticatie, vrienden, berichten, etc.) wordt geleverd door onafhankelijke **"Feature Plugins"** (ook wel "modules" of "packages" genoemd) die dynamisch kunnen worden geregistreerd en geladen. De Core app kent alleen de abstracte interfaces, niet de concrete implementaties. De plugins leveren die implementaties. --- ### 2. Projectstructuur & Organisatie Gebruik Dart's ingebouwde package manager en de `pubspec.yaml` om afhankelijkheden te definiëren. Je projectmap zou er zo uit kunnen zien: ``` mijn_super_app/ │ ├── core_app/ # De Host/Hoofdapplicatie │ ├── lib/ │ │ ├── src/ │ │ │ ├── app_runner.dart # Initialiseert & regelt plugins │ │ │ └── dependency_injection.dart # DI Container setup │ │ ├── core_app.dart │ │ └── routes.dart # Centrale route-namen (bijv. '/login') │ ├── pubspec.yaml # Bevat afhankelijkheden naar alle plugins │ └── ... │ ├── packages/ # Map voor alle gedeelde packages │ ├── core_contracts/ # ★ BELANGRIJK: Bevat abstracte interfaces │ │ ├── lib/ │ │ │ ├── src/ │ │ │ │ ├── authentication/ │ │ │ │ │ └── auth_service_interface.dart │ │ │ │ ├── friends/ │ │ │ │ │ └── friends_service_interface.dart │ │ │ │ └── ... │ │ │ └── core_contracts.dart │ │ └── pubspec.yaml │ └── core_ui/ # Gedeelde UI componenten (buttons, thema, etc.) │ ├── lib/ │ └── pubspec.yaml │ └── plugins/ # Map voor alle feature plugins ├── authentication_plugin/ │ ├── lib/ │ │ ├── src/ │ │ │ ├── data/ │ │ │ ├── domain/ │ │ │ ├── presentation/ │ │ │ │ └── login_screen.dart │ │ │ └── auth_service_impl.dart # Implementeert AuthServiceInterface │ │ └── authentication_plugin.dart │ └── pubspec.yaml # Afhankelijkheid naar core_contracts & core_ui │ ├── friends_plugin/ ├── messaging_plugin/ ├── notifications_plugin/ └── ... ``` **Waarom deze structuur?** * **Scheiding der Belangen:** Elke plugin heeft één duidelijke verantwoordelijkheid. * **Onafhankelijke ontwikkeling:** Teams kunnen parallel werken aan verschillende plugins. * **Onafhankelijk testen:** Elke plugin heeft zijn eigen eenheid- en widgettests. --- ### 3. Afhankelijkheden Beheren De magie gebeurt in de `pubspec.yaml` bestanden. **In `core_contracts/pubspec.yaml`:** ```yaml name: core_contracts description: Bevat alle interfaces voor de app. version: 1.0.0 environment: sdk: '>=3.0.0 <4.0.0' # Heeft minimale afhankelijkheden, vaak alleen Flutter SDK. dependencies: flutter: sdk: flutter ``` **In een plugin (bijv. `authentication_plugin/pubspec.yaml`):** ```yaml name: authentication_plugin description: Implementatie van authenticatie. dependencies: flutter: sdk: flutter core_contracts: path: ../../packages/core_contracts # Lokale path dependency core_ui: path: ../../packages/core_ui # Externe packages: http, riverpod, etc. http: ^1.1.0 ``` **In de `core_app/pubspec.yaml`:** ```yaml name: core_app dependencies: flutter: sdk: flutter core_contracts: path: ../packages/core_contracts core_ui: path: ../packages/core_ui authentication_plugin: path: ../plugins/authentication_plugin friends_plugin: path: ../plugins/friends_plugin # Alle andere plugins... ``` --- ### 4. Soepele Integratie Garanderen: Service Discovery & Dependency Injection (DI) Dit is het hart van het systeem. We gebruiken **Interfaces** en **Dependency Injection**. #### Stap 1: Definieer Interfaces in `core_contracts` ```dart // core_contracts/lib/src/authentication/auth_service_interface.dart abstract class AuthServiceInterface { Future<bool> login(String email, String password); Future<bool> isLoggedIn(); Future<void> logout(); Stream<String?> get onAuthStateChanged; } ``` #### Stap 2: Implementeer de Interface in een Plugin ```dart // authentication_plugin/lib/src/auth_service_impl.dart import 'package:core_contracts/core_contracts.dart'; class AuthService implements AuthServiceInterface { @override Future<bool> login(String email, String password) async { // ... concrete implementatie ... } // ... implementeer alle andere methods ... } ``` #### Stap 3: Registreer Implementaties (Service Discovery) Je hebt een mechanisme nodig om te zeggen: "Hey Core app, als je een `AuthServiceInterface` nodig hebt, gebruik dan deze `AuthService` implementatie". **Optie A: Manual Registration (Eenvoudig)** Elke plugin exporteert een `registerDependencies()` functie. ```dart // authentication_plugin/lib/authentication_plugin.dart import 'package:core_contracts/core_contracts.dart'; import 'src/auth_service_impl.dart'; class AuthenticationPlugin { static void registerDependencies() { // Registreer de concrete implementatie bij de DI container // get_it is een populaire, simpele DI container. getIt.registerSingleton<AuthServiceInterface>(AuthService()); } } ``` In je `core_app`, roep je alle register functies aan bij opstarten: ```dart // core_app/lib/src/app_runner.dart void main() { AuthenticationPlugin.registerDependencies(); FriendsPlugin.registerDependencies(); // ... registreer alle plugins ... runApp(MyApp()); } ``` **Optie B: Automatische Registratie (Geavanceerder)** Gebruik een build runner (bijv. `injectable` of `kiwi`) die annotaties verwerkt om automatisch DI configuratie te genereren. Dit is schaalbaarder. #### Stap 4: Gebruik de Interface in de Core App De core app *roept alleen de interface aan*, niet de concrete plugin. ```dart // ERGENS in je core app (bijv. een login knop op het startscherm) import 'package:core_contracts/core_contracts.dart'; import 'package:core_ui/core_ui.dart'; // Voor navigatie ElevatedButton( onPressed: () async { // Vraag de implementatie op via DI final authService = getIt<AuthServiceInterface>(); bool success = await authService.login('email', 'password'); if (success) { Navigator.pushNamed(context, Routes.home); } }, child: Text('Inloggen'), ), ``` --- ### 5. Communicatie tussen Plugins Soms moet de `messaging_plugin` weten wie er is ingelogd via de `authentication_plugin`. 1. **Via de Core Contracts:** De `auth_plugin` kan een `User` model object teruggeven dat is gedefinieerd in `core_contracts`. Iedereen kent dit object. 2. **Event Bus / Streams:** Maak een centrale `EventBus` in `core_contracts`. De `auth_plugin` kan een `UserLoggedInEvent` publiceren. De `messaging_plugin` abonneert zich hierop en initialiseert zichzelf. ```dart // In core_contracts class UserLoggedInEvent { final User user; UserLoggedInEvent(this.user); } // In authentication_plugin (bij inloggen) eventBus.fire(UserLoggedInEvent(currentUser)); // In messaging_plugin (bij opstarten) eventBus.on<UserLoggedInEvent>().listen((event) { _initializeMessaging(event.user.id); }); ``` ### 6. Onafhankelijk Testen * **Unit Tests:** Test de business logic van elke plugin geïsoleerd. Mock de interfaces uit `core_contracts` met packages zoals `mockito`. * **Widget Tests:** Test de UI van elke plugin. Importeer `core_ui` voor consistente widgets. * **Integratietests:** Test de volledige core app met een subset van plugins, of test een plugin in een simpele test-harness app. ### Conclusie & Aanbevolen Packages Deze architectuur vereist wat meer opzetwerk, maar de voordelen (schaalbaarheid, onderhoudbaarheid, teamflexibiliteit) zijn enorm voor complexe apps. **Aanbevolen packages:** * **Dependency Injection:** `get_it` (simpel), `riverpod` (krachtig, meer dan alleen DI), `injectable` (voor codegeneratie). * **State Management:** `riverpod` (zeer goed geschikt voor deze architectuur), `bloc`. * **Navigatie:** `go_router` (voor declaratieve routing, goed te koppelen aan permissions van plugins). * **Event Bus:** `flutter_bloc` (als je BLoC gebruikt), `streams` (handmatig), of een simpele `event_bus` package. Succes met bouwen